2. Beleggingen en korte liquiditeiten
2a Gecontracteerde beleggingen
| Bedragen x € 1mln. |
---|---|
Overzicht beleggingen | Restant per ultimo 2023 |
Obligaties inclusief opgelopen rente | 135 |
Belegging Meewind | 10 |
Totaal | 145 |
Dit betreffen de obligaties in voormalig Fonds Uiver. Deze belegging bestaat nog uit zeven obligaties van de BNG Bank (triple A rating) en één obligatie van LlOYDS TSB Bank (single A-rating) en hebben een goede tot zeer goede kredietwaardigheid. In de komende 8 jaar vervallen deze obligaties vanwege contractuele einddata. Het gemiddelde rentepercentage is 4,35%. De rente- en aflossingsbedragen worden opgenomen in de totale gemeentelijke liquiditeitspositie. De boekwaarde van de beleggingen ultimo 2023 is € 72 mln. en de opgelopen rente € 63 mln.
Meewind is een fonds dat particulieren, overheden en bedrijven de kans biedt te participeren in duurzame energieprojecten. De gemeente Den Haag heeft vanaf 2009 een participatie in subfonds Zeewind van € 9,7 mln., een groot windmolenpark op het Belgische gedeelte van de Noordzee. De marktwaarde van Meewind op 31 december 2021 bedroeg € 13,0 mln. De gemeente verwacht in 2023 € 0,8 mln. dividend te ontvangen.
Voorziening belegging obligaties en belegging Meewind
De belegging bestaat uit gekochte obligaties van banken met een goede tot zeer goede kredietwaardigheid. In de portefeuille kan een risico ontstaan wanneer gedurende de looptijd de kredietwaardigheid van een van de banken waarin is belegd onder druk komt te staan of neerwaarts wordt bijgesteld. Mogelijk ontstaat daardoor het risico van koersverlies bij verkoop. Dit risico wordt door de beheerder van deze portefeuille (ASR Vermogensbeheer) als klein beschouwd. Voor de belegging in het windmolenpark Meewind is geen voorziening getroffen omdat de marktwaarde hoger is dan de boekwaarde.
Bedragen x € 1mln. | |
Overzicht overige uitzettingen | Restant per ultimo 2023 |
Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten | 0,2 |
Startersregeling Ik bouw betaalbaar (IBB) | 0,2 |
Totaal | 0,4 |
Om een impuls te geven aan de Haagse woningmarkt is de gemeente Den Haag voor één jaar, te weten 1 maart 2014 tot 1 maart 2015, startersleningen gaan verstrekken. Na afloop van de looptijd van de leningen wordt de storting terugontvangen.
Om de zelfbouw voor lagere inkomens toegankelijk te maken is de gemeente Den Haag gestart met de Startersregeling Ik Bouw Betrouwbaar (IBB) waarbij gebruik is gemaakt van een bestaande formule van de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (Svn). Na afloop van de looptijd van de leningen wordt het uitstaande bedrag terugontvangen. De IbbStarterslening valt onder de Nationale Hypotheekgarantie (NHG), waardoor geen risicovoorziening getroffen hoeft te worden.
2b Betalingsproces
Aanbesteding gemeentelijk betalingsverkeer
Het betalingsverkeer wordt momenteel, sinds 2013, door BNG Bank uitgevoerd. De overeenkomst eindigt medio 2023. Het gemeentelijke betalingsverkeer wordt daarom opnieuw Europees openbaar aanbesteed. In samenwerking met Inkoop treft Treasury de voorbereidingen voor deze aanbesteding. Begin 2023 is de (nieuwe) huisbankier bekend. Daarna volgt een bankmigratie. Medio 2023 zal het gemeentelijke betalingsverkeer door de nieuwe huisbankier verzorgd worden.
2c Korte liquiditeiten
Liquiditeitsprognose
Uitgangspunt voor de raming van de liquiditeitsprognose is de meerjarenbegroting, vertaald naar inkomsten en uitgaven en in het bijzonder de ontwikkelingen op grote projecten en investeringen.
Schatkistbankieren
In het voorjaar van 2020 is circa € 675 mln. overgemaakt vanwege de verkoop van de aandelen van Eneco. Mede hierdoor zal de gemeente op basis van de huidige liquiditeitsprognose nog ruim twee jaar gemiddeld € 200 mln. aan overtollige middelen (verplicht) moeten aanhouden bij de Schatkist (schatkistbankieren). Tot september 2022 ontving en betaalde de gemeente geen (negatieve) rente over de overtollige middelen bij de Schatkist. Vanaf september 2022 ontvangt de gemeente, vanwege opgelopen marktrente, weer een rentevergoeding over de overtollige middelen. Over de bij de Schatkist gestalde middelen behoudt de gemeente uiteraard de beschikking. De gemeente Den Haag sluit 2022 naar verwachting af met een liquiditeitsoverschot van circa € 270 mln. Ultimo 2023 heeft de gemeente nog een liquiditeitsoverschot van circa € 50 mln. De gemeente verwacht in het vierde kwartaal van 2024 weer een financieringsbehoefte te hebben. Deze behoefte zal gefinancierd worden door het aantrekken van kortlopende leningen bij financiële instellingen en andere gemeenten.
Renterisico financiering korte termijn
Het risico op kortlopende financiering (looptijd korter dan 1 jaar) wordt beperkt door de kasgeldlimiet (Wet financiering decentrale overheden, Wet fido). De kasgeldlimiet geeft aan hoeveel de gemeente kortlopend mag lenen. Een tijdelijke overschrijding van de kasgeldlimiet is toegestaan. De kasgeldlimiet is 8,5% van het begrotingstotaal. Het begrotingstotaal voor 2023 is € 2.954 mln. De kasgeldlimiet voor 2023 komt op basis daarvan uit op € 251 mln. In 2023 heeft de gemeente geen liquiditeitsbehoefte (zie bovenstaande tabel).
Liquiditeitspositie t.o.v. kasgeldlimiet 2023
Grafiek liquiditeitsprognose meerjarenraming 2023-2026
2d Resultaat
Rente/beleggingsresultaat
De gemeente ontvangt in 2023 over de gemiddelde verwachte liquiditeitspositie (overschot) vanaf 1 september 2022 rentevergoeding (verplicht schatkistbankieren). De gemeente verwacht in het vierde kwartaal van 2024 weer een financieringsbehoefte te hebben. Deze behoefte zal gefinancierd worden door het aantrekken van kortlopende leningen bij financiële instellingen en andere gemeenten.
Voor de opgenomen langlopende leningen betaalt de gemeente in 2023 circa € 22 mln. tegen een gemiddelde rente van circa 1,52%. Voor de uitgezette langlopende leningen aan derden ontvangt de gemeente in 2023 circa € 2,6 mln. tegen een gemiddelde rente van circa 3,67%. Uit de beleggingen BNG Bank en LOYDS TSB Bank wordt € 4,8 mln. aan rente ontvangen. De afsluitprovisie met betrekking tot de derivaten, circa 0,01% rente, is verdisconteerd in het contractuele rentepercentage De gemeente betaalt daar geen afzonderlijk bedrag voor.
Daarnaast treedt de gemeente op als aandeelhouder in een aantal vennootschappen. Vanuit deze vennootschappen wordt een dividend verwacht (inclusief belegging Meewind) van € 8,5 mln. Voor een toelichting wordt verwezen naar de paragraaf Verbonden partijen.